Als vervolg op het artikel van een paar weken geleden, ‘Doen waar je blij van wordt’, wil ik in dit artikel graag even met je verder kijken in dezelfde richting. Naar de tegenhanger van dat streven naar plezierige dingen: er juist vanuit gaan dat het leven niet altijd leuk kan zijn.

Accepteren dat je nou eenmaal niet voortdurend gierend van de pret door de dag kunt dansen, lijkt best een fijne levenshouding. En op een bepaalde manier is het natuurlijk ook waar. De 3 principes geven daar een heldere uitleg voor: je beleeft in elk moment ‘slechts’ het denken. En dat denken verandert voortdurend waardoor ook onze emoties, gevoelens en gedrag steeds aan verandering onderhevig zijn. Wat maakt dat we ons soms verdrietig en soms blij voelen. Soms boos zijn en dan weer de slappe lach hebben. Zonder dat jij en ik daar iets aan kunnen doen, want wij zijn ook een product van dat denken. (Ga maar na: als je bewusteloos bent, is er geen ‘ik’ en geen ‘jij’ – om een ‘ik’ te kunnen ervaren, zijn denken en bewustzijn onontbeerlijk).

Dat gezegd hebbende, krijg ik de indruk dat ‘het leven kan niet altijd leuk zijn’ ook een fantastische dooddoener is om alsnog niet te herkennen wat de rol van denken in je leven is.

Zin om even met me mee te kijken? Laten we dan een taakje verzinnen dat je met grote regelmaat en tegenzin doet om dat kijken te vergemakkelijken. Strijken bijvoorbeeld. Of je moeder bellen. Of je urenverantwoording invullen… welke specifieke taak of handeling is het voor jou een goed voorbeeld? Ik ga even verder met ‘urenverantwoording invullen’, maar neem jij vooral jouw niet-leuke taakje in gedachten.

Toen ik nog aan urenverantwoordingen deed, vond ik er niks aan. Maar onder het mom “het leven kan niet alleen maar leuk zijn”, moest het wel gedaan worden. En ik had veel argumenten (veel gedachten) waarom dat zo was. Ik moest aan de belastingdienst kunnen bewijzen dat ik aan het wettelijke urencriterium voor ondernemers voldeed. Het was goed om te zien waar ik mijn tijd aan besteedde, zodat ik wist wat ik zou kunnen delegeren aan anderen. Ik moest niet zo kinderachtig zeuren en het gewoon doen. Als ik het niet deed, dan zou ik problemen krijgen met de belastingdienst. Als ik het niet deed, zou ik nooit aan delegeren toekomen en dat zou wellicht leiden tot een nieuwe burn-out. Als ik het niet deed was ik geen goede ondernemer, een slapjanus en ja, je weet wat er met slapjanussen gebeurt: daar wordt het nooit wat mee; die mislukken in het leven.

Als ik er nu naar kijk, zaten er enorm veel aannames achter mijn ‘moeten’. Aannames die steeds vager werden (van de nog enigszins reële dreiging van een urencriterium naar het idee dat mijn leven zou mislukken als dit taakje niet gedaan zou worden) en me tegelijkertijd een heel onveilig gevoel gaven. Die aannames – of die extra gedachten – maakten het taakje aan de ene kant onprettig én ze gaven het taakje een gevoel van noodzakelijkheid mee.

En dat… dat vind ik een coole om vandaag met je naar te kijken. Om nieuwsgierig naar te zijn. Of de dingen die we scharen onder ‘het leven kan nu eenmaal niet altijd leuk zijn’ of ‘het maakt niet uit of ik die taak doe, want het feit dat ik het niet leuk vind, is ook maar een gedachte’ misschien gewoon dingen zijn die we net zo goed zouden kunnen laten. Kun je herkennen dat alle redenen waarom die taak gedaan zou moeten worden, óók uit datzelfde denken bestaan? En dat alle angst en onrust die het niet-doen je oplevert, datzelfde samenspel tussen denken & bewustzijn is?

Ik ben benieuwd waar je mijmering toe leidt!

Share This