Je kunt tegen iemand die denkt dat hij dom is wel duizend keer zeggen dat je ‘m zo slim vindt, maar dat helpt niet echt. Je kunt iemand die het gevoel heeft dat zij genegeerd wordt best heel veel aandacht geven, maar uiteindelijk is dat niet de oplossing. Je kunt iemand die gelooft dat hij niet goed genoeg is natuurlijk eindeloos complimenten maken, maar dat lost fundamenteel niets op. Je kunt iemand die vindt dat zij te dik is wel de hele dag vertellen dat zij er juist prima uitziet, maar dat zal geen omslag teweeg brengen.

Je gelooft, voelt en ziet nu eenmaal je eigen gedachten (totdat je ziet dat ze niet waar zijn). Dat waar je zelf van overtuigd bent, niet wat iemand anders jou vertelt.

Wat wel zou kunnen helpen is die ander, als hij of zij er voor open staat, voorzichtig wijzen op ‘t feit dat we onze eigen realiteit creëren met de gedachten die we geloven. Compleet met bijbehorende gevoelens en ‘bewijzen’.

En uiteindelijk zou gezien kunnen worden dat je jezelf helemaal geen eigenschappen hoeft toe te dichten. Dat je dus ook geen geruststelling of bevestiging nodig hebt. Dat je niets hoeft te geloven van wat je hoofd, je partner, je docent of je buurvrouw over jou zegt. Dat je gewoon liefde in een vormpje bent. Niets meer en zeker niets minder.

Share This