Wij staan op een camping in het zuiden van Portugal. Gisteren zaten we even te genieten van de ochtendzon toen het ons opviel dat er een paar honden in het complex naast de camping enorm aan het blaffen waren. Het leek wel een wedstrijd. We luisterden er even naar. Ze hielden niet op.

“Grappig,” zei Geliefde, “toen we hier drie jaar geleden verbleven ergerden we ons regelmatig aan dat geblaf, vooral van de zwerfhonden ‘s nachts. Nu helemaal niet meer.” Hij had gelijk. Werd er nu minder geblaft dan toen of ergerden wij ons minder snel? Ik had geen idee en het is ook niet relevant.

Het herinnerde mij er wel aan hoe het werkt met al die overbodige gedachten die door onze hersens lopen. Het is een soort geblaf dat je misschien wilt stoppen om rust in je hoofd te krijgen, maar dat zou hetzelfde zijn als achter al die honden aanjagen. Stel dat ik de herdershond in het appartementencomplex te pakken krijg en het zwijgen opleg, dan begint de boxer in het huis daarnaast wellicht. En om alle zwerfhonden hier in de omgeving tot stilte te manen is helemaal ondoenlijk. Gelukkig hoeft dat ook niet.

De realisatie dat gedachten en de daaraan verbonden gevoelens (geblaf) gewoon gebeuren is al voldoende om er minder of helemaal geen last meer van te hebben.

Share This