Een hele tijd geleden schreef ik, in het kader van het hebben van een kind met het label ‘anorexia’ het volgende: ‘Uit angst een kind te verliezen…blijven we eindeloos helpen, controleren, aanmoedigen, regelen, pamperen, duwen en trekken. Daarmee verliezen we vaak tóch een leven: dat van onszelf.

Daar dacht ik aan toen ik de afgelopen tijd een aantal keer hoorde over situaties waarin zich eveneens iets dergelijks afspeelde. Zo was er bijvoorbeeld angst voor ziekte en uiteindelijk de dood. En om dat maar te vermijden greep men naar ‘ongezond’ gedrag en was er een ‘doods’ bestaan.

Of, een ander voorbeeld: uit angst om op een toekomstig moment zonder geld te komen zitten werd er nu al in armoe geleefd, al was het alleen maar in het hoofd. Geestelijke armoe en benepenheid.

Ook voorkomend: uit angst voor toekomstig verlies, verliezen we nu al onze helderheid van geest. Raken we de weg kwijt. Verliezen we andere dingen en mensen uit het oog. Verliezen we onszelf in verdrietige projecties in een niet bestaande toekomst.

Uit angst voor een sombere toekomst of met veel terugkerende gedachten aan een vervelend verleden, zitten we nu depressief op de bank en missen we machtig mooie momenten. De smaak van koffie. Een vogel voor het raam.

Samengevat spannen we continu en contraproductief het paard achter de wagen. We zien niet dat we de angstige projecties in ons hoofd en de schrikbeelden die we voor ogen hebben al (be)leven op het moment dat we ze geloven en ons er dus al naar gedragen. Da’s trouwens heel makkelijk te controleren. Zeg je wel eens: “ik moet er niet aan dénken!”? Terwijl je dan dus al aan iets vreselijks denkt en bij voorbaat verkrampt? Vertel je wel eens aan iemand dat je ‘in een verschrikkelijke situatie’ verkeert, terwijl je gewoon op de bank zit zonder geladen pistool op je gericht of een hongerige leeuw op bijtafstand? Houd je je vaak en uitgebreid bezig met voorspellingen over het verloop van een mogelijke ziekte, de angst voor verval of het tempo waarop de dood nadert terwijl je gezond en wel aan het wandelen bent? Op deze manier zijn we eigenlijk voortijdig ziek en eerder dood(s) dan nodig.

Is het niet een interessant fenomeen dat we overbodige onzekerheid creëren over iets wat er nog niet is of naar aanleiding van iets wat allang voorbij is? Terwijl we juist (en eigenlijk: uitsluitend) perfect toegerust zijn om een respons te hebben op wat zich voordoet. Op het moment dat het zich afspeelt. En blijkbaar heel slecht kunnen dealen met al die (angstige) gedachten in ons hoofd en de verkramping in het lijf die daarbij horen. Al doen we nog zo ons best.

We geloven misschien dat we angst nodig hebben om adequaat te handelen en daarmee hebben we het bij het verkeerde eind. Daarmee draaien we de zaken om. Proberen we (nu al) om te gaan met wat er (nog niet) niet is en ‘verpesten’ zo wat er wel is. Wat er zich afspeelt dit moment, in deze tijdelijke realiteit. We proberen iets naars in een toekomstig moment te voorkomen en creëren daarmee nu al narigheid.

Wellicht menen we dat we kortzichtig of oppervlakkig zijn als we alleen kijken naar wat er nu is. Maar door dat misverstand richten we onze blik naar buiten (naar tijdelijke gedachten, gevoelens, gebeurtenissen) en missen we juist de diepte van het naar binnen kijken. Allemaal omdat we niet snappen (of per ongeluk even zijn vergeten) hoe de menselijke ervaring werkt en vooral: wat onze ware natuur is.

Als we ons dát realiseren, en dat is dus eigenlijk het enige wat er ’te doen’ valt, zouden we vanzelf vertrouwen hebben in onze (of andermans) respons op levensgebeurtenissen en -vragen op het moment dat het nodig is. En nee, ga ook niet stiekem proberen te bedenken en te bepalen wanneer dat moment moet zijn 🙂 .

Het kan een interessante mijmering zijn. Kijk eens wat jou lijkt dwars te zitten en waar je bang voor bent. Wees nieuwsgierig naar de vraag of je, in de goedbedoelde poging om daar vanaf te komen of iets te voorkomen, het eigenlijk niet nu al beleeft. Of je niet nu al, door je gedachten te geloven, een voorschot op ellende neemt. Nu al lijdt. Onder het idee (een gedachte).

Zullen we gewoon (natuurlijk) en voluit leven zolang we nog leven? Zullen we genieten van onze intrinsieke geestelijk gezondheid die zich van binnen en voorbij gedachten, gevoelens en gedrag bevindt? Zullen we de rijkdom van dit moment herkennen zolang we nog een menselijke ervaring zijn? Zullen we beleven wat er nu te leven valt? Niet de ideeën die we daarover heen leggen?

Zo blijft er ruimte en rust over. Blijven wij ook helder en da’s handig op het moment dat er wél actie ‘nodig’ is. En dat is altijd minder en later dan je denkt.

Image by az-vision from Pixabay

Share This