Op Twitter stelde iemand de volgende vraag aan zijn volgers: stel dat je de keuze hebt tussen A: de rest van je leven doorbrengen met iemand die van jou houdt, maar waar jij niet van houdt, Of B: de rest van je leven doorbrengen met iemand waar jij van houdt, maar die niet van jou houdt. Een groot deel van degenen die reageerden weigerden een keuze te maken en meldden liever te wachten op een liefde die wederzijds was. Maar de enkeling die het spelletje wél meespeelde antwoordde zonder uitzondering A. Met verschillende redenen, die echter allemaal dezelfde insteek hadden: dan ben je in ieder geval vast geliefd, en misschien ontstaat er bij jou dan ook wel liefde. Op den duur, als je al heel veel liefde gekregen hebt. Men vertrouwde er blijkbaar niet op dat het ook andersom wel zou kunnen werken (eerst van de ander houden, die dan misschien ook van jou gaat houden).

Ik vond het intrigerend om te lezen dat we kennelijk liefde zien als iets wat de ene persoon aan de ander kan geven. En daarmee dus ook als iets wat je de ander kunt onthouden. En blijkbaar, aangenomen dat liefde iets is wat je kunt geven en ontvangen, is ontvangen belangrijker dan geven. Liefde werd hier omschreven als iets wat éénrichtingsverkeer kan zijn of tweerichtingsverkeer. Als iets wat ’tussen’ mensen kan bestaan. Als een eenheid van uitwisseling (zoals geld en tijd en zo). Die we in dit, wellicht totaal niet representatieve, voorbeeld pas kunnen voelen als het aan ons gegeven wordt. Goh.

Het leek mij een incorrect uitgangspunt. Volgens mij zit in bovenstaande omschrijving van liefde een fundamenteel foute aanname, die heel makkelijk onderuit te halen is. Met om te beginnen een paar simpele vragen. Bijvoorbeeld: de liefde die gevoeld werd voor de baby uit je buik of uit een ver land; was daar (eerst) liefde van de andere kant voor nodig? De liefde die je voelt voor de natuur; moet de natuur daarvoor eerst jou liefhebben? Dat schilderij, het boek of het muziekstuk waar je van zegt te houden; moet het eerst jou de liefde verklaren?

Wie op één van bovenstaande vragen ‘nee’ heeft geantwoord, is misschien bereid om verder te kijken. Kan het niet zo zijn dat liefde een gevoel is dat in principe overal op geprojecteerd kan worden, maar wat we met onze aardepakjesblik slechts beperken tot een select aantal mensen, dieren en dingen? En als we dat laatste doen, is er dan nog wel sprake van liefde?

Wie blijft geloven dat je liefde kunt geven en ontvangen, zit volgens mij in een handelsovereenkomst met voorwaarden. Dat heeft weinig met liefde te maken, maar meer het bijhouden van een balansrekening. Met (af)meten en (af)wegen. Dat geeft verder niets, maar het is wel zo handig om dit helder te hebben als je lijdt onder het illusoire idee van niet genoeg liefde krijgen of teveel liefde geven. Deze realisatie kan een heel ander uitgangspunt betekenen voor jouw relateren met de wereld in het algemeen en het relateren met je liefdespartner in het bijzonder.

Wie werkelijk liefheeft, kijkt met ogen vol liefde naar de wereld. Wie even vergeet wat werkelijke liefde is (en dat doen we allemaal en regelmatig!) zal liefde overal in de wereld zoeken en nergens vinden.

Uiteindelijk is liefde je ware natuur. Dat wat je in essentie BENT. Het enige wat er IS. En dat realiseer je je, of (even) niet.

Image by Thomas Rüdesheim from Pixabay

Share This