Geïntrigeerd keek ik deze week een aantal afleveringen van het TV programma Spoorloos. Misschien ken je het wel. Mensen die geadopteerd zijn of anderszins in het duister tasten over hun biologische ouders gaan daarin op zoek naar hun wortels. Soms zijn dat spannende zoektochten in verre landen of wordt het een heel gegraaf in archieven en geheugens van betrokkenen.

In één van de uitzendingen vertelde een jongen dat hij al jarenlang het gevoel had ‘niet compleet’ te zijn. Hij hoopte met het vinden van zijn moeder dat gevoel in te ruilen voor een gevoel van ‘compleet’ zijn. Prachtig. Toen hij zijn Colombiaanse moeder in de armen sloot, slaakte hij dan ook een zucht van verlichting. Alles viel op z’n plek. Nu was het goed.

Ik garandeer je dat deze ervaring van korte duur zal zijn. Met excuses aan alle ouders en kinderen die denken zonder elkaar niet ‘heel’ of ‘compleet’ te zijn en iedereen die een dergelijke of andere zoektocht onderneemt; het is een (hardnekkige) illusie dat wat je vindt jou compleet kan maken. Prachtig hoor, als je geniet van elkaars gezelschap en fantastisch als die mogelijkheid er ook is, maar onze heelheid zit daar niet in. Een zoektocht naar wie of wat dan ook (en voel je vrij om die te ondernemen!) kan nooit permanent opleveren wat we eigenlijk willen.

Als mens(elijke ervaring) zijn we altijd op zoek naar iets waarvan we denken dat het ons compleet kan maken. Van een nieuw opschrijfboekje tot een partner en van een ander huis of meer geld tot een persoonlijk ontwikkelingsdoel. We streven en zoeken een leven lang met een beperkt en tijdelijk resultaat. Want dan heb je dat boekje of die partner; super fijn, en dan? Levert het een blijvend gevoel van heelheid op of wil je op enig moment iets meer of wat anders? Dan vind je de perfecte woning, win je de lotto en heb je zelfvertrouwen of compassie; geweldig leuk natuurlijk, maar dan? Heb je daar de rest van je leven genoeg aan? Maakt het jou compleet? Of ben je simpelweg even gesust en niet meer zoekende? Leuk om eens naar te kijken.

Zelfs in het zoeken naar antwoorden op grote levensvragen is hetzelfde mechanisme in werking. Als ik zekerheid heb over een leven na de dood (hoe?), betekenis heb gehaald uit een vorig leven of snap hoe dit leven/ het lichaam/ de wereld werkt, dan ben ik klaar, is het idee. Dan kan ik (verlicht?) achteroverleunen. Is dat zo? Ervaar je permanente en diepe rust nadat al je vragen naar tevredenheid zijn beantwoord (als dat al kan)? Of gaat er toch vroeg of laat weer iets knagen? Borrelt er een nieuwe vraag op?

Hoewel vragen stellen en nieuwsgierigheid en zoeken allemaal kan gebeuren en er helemaal niets mis mee is; val niet voor het idee dat jij, als poppetje in de wereld van de vorm, je compleetheid kunt vinden. Die zit daar niet. Dat is de grootste mindf*%k van welke materiële of spirituele zoektocht dan ook. Als er iets gevonden wordt en het zoeken even stopt, denk je dat je ‘het’ gevonden hebt. Maar alleen de afwezigheid van het zoeken legt in dat moment de al aanwezige compleetheid bloot.

Simpel.

Share This