Ken je ze, die schattig gekleurde Grasparkietjes die bij voorkeur liefdevol met elkaar zitten te snavelen terwijl ze tweet-geluidjes maken?

Schattig, die liefde. Grappige achtergrondgeluidjes, ook, die parkietenpraat. Een beetje als het alsmaar aanwezige geluid van een waterval. Het is er, soms zelfs best een beetje hard, maar je leeft er lekker mee door omdat je zowel het grasparkietengesprek als het vallende water op geen enkele manier persoonlijk neemt.

Hoe anders is dat met het geruzie en gekras van de kraaien die ik soms in mijn hoofd heb.

Wat ze zeggen komt agressief, venijnig en snijdend hard bij me binnen. En zó persoonlijk dat ik er wel naar moet blijven luisteren en me er steeds ellendiger door ga voelen. Waar ik de grasparkieten op een gegeven moment niet meer hoor, trekken de kraaien voortdurend mijn aandacht met hun geschreeuw over wat er mis is, anders moet en nooit meer goed komt. Ze zeggen ook heel vaak hetzelfde, blijven maar hameren op dezelfde thema’s die ongemerkt mijn hele leven al belangrijk lijken.

Dus die wil ik niet, die kraaien. Doet u mij maar liefdevol tweetende Grasparkietjes in plaats van snerpende kraaigedachten.

Lijkt een gewone menselijke voorkeur  – maar is een teken van het feit dat ik in die kraaimomenten even niet zie hoe onze realiteit werkelijk in elkaar zit. Want in essentie is er geen verschil tussen wat de grasparkieten en de kraaien representeren: beiden staan voor de voortdurende stroom van gedachten waar wij als mensen onontkomelijk mee te maken hebben. Beiden een energie die even door me heen komt en weer verdwijnt.

Het enige verschil is dat de kraaien spreken over dat wat ik níet ben en dat ik dat heel persoonlijk neem. Het geloof, ook. Denk dat het wél waar is, wat ze krassen. Dat ik in gevaar ben, tekort schiet en geen controle hebt. Terwijl de grasparkieten tweeten over van alles en nog wat, wat ik allemaal totaal niet op mezelf betrek of wat overeenkomt met mijn ware natuur.

Als de kraaien lijken te krassen, wil IK een andere ervaring, wil IK betere gedachten, wil IK me beter voelen. Als de grasparkieten tjirpen is dat persoonlijke, dat IK, helemaal niet van belang.

De IK die alleen bestaat bij de gratie van gedachten lijkt heel solide en relevant als er kraaigedachten waargenomen worden en verdwijnt op heel veel andere momenten… Die IK is dus onderdeel van de illusie die geschapen wordt.

Grasparkieten of kraaien, ze zijn een illusie in het illusoire hoofd van een illusoire IK.

L.O.L (laughing out loud)… case dismissed. Voorkeur voor grasparkieten – of wat dan ook – onnodig. 😉

Share This