In mijn artikel van vorige week concludeerde ik dat we als mensen altijd tegen een denkfilter aankijken. Wat er ook buiten jou is, je hebt denken en bewustzijn nodig om het te ervaren. De buurman, je werk, het overlijden van een dierbare… wat we ook opnoemen, het komt binnen via wat ik gemakshalve het stempel ‘denkfilter’ gaf.

“Dat denkfilter staat zelfs tussen jou en jezelf”, schreef ik er vorige week bij. Met de belofte dat in dit artikel verder uit te leggen.

Wanneer je er goed naar kijkt, is het een wonderlijke uitspraak, dat ‘jij en jezelf’. Want er lijkt maar één ding te zijn. Eén ding dat jij “ik” noemt en wat er vanuit mij gezien uitziet als “jij”. En toch… laten we even verder kijken naar dat Ikje aan de hand van een aantal willekeurige uitspraken die mensen over zichzelf kunnen doen.

“Ik ben bang”.

“Ik heb een groot talent voor schilderen”.

“Ik heb drie kinderen, twee honden, een kat en een geit”.

“Ik ben stratenmaker”.

“Ik ben lief”.

“Ik heb een moeilijke jeugd gehad”.

“Ik houd van andijviestamppot”.

“Ik ben te dik/te dun/te lang/te kort/te gerimpeld/heel mooi”.

Wat je ook constateert over jezelf, je kunt het alleen waarnemen als je bij bewustzijn bent en denkt. Zonder denken zijn er geen conclusies. Zonder denken kan er niets benoemd worden als ‘angst’ of ‘stratenmaker’ of ‘liefde voor andijviestamppot’.

Alles wat we over onszelf zeggen of concluderen bestaat uit gedachten. Gedachten die we in de regel voor waarheid aannemen en als zoete koek slikken. Waardoor we niet in de gaten hebben dat die uitspraken of conclusies geen waarheid zijn, maar uit gedachtenenergie bestaan.

In feite is er geen zuivere waarneming mogelijk van ‘ik’ omdat, óók als het over mezelf gaat, dat gedachtenfilter altijd aan staat. Een gedachtenfilter dat vrijwel automatisch zorgt voor oordelen, voorkeuren, weerstanden en vergelijkingen.

Zo bezien zijn IK en MIJZELF gedachtenconstructies. Hersenspinsels die steeds andere vormen aannemen. Waardoor je de ene keer blij bent met jezelf (als het hersenspinsel voldoet aan de zelfverzonnen eisen) en je jezelf op het andere moment (als de hersenspinsels onzekerheid meebrengen) kunt verfoeien.  

Daar is niks aan te doen en daar hoeft niks mee gedaan te worden, zo werkt het systeem nu eenmaal. We leven in een wereld van denken en daar valt tijdens dit leven niet aan te ontsnappen. Maar het is wél handig om te herkennen hoe vloeibaar en veranderlijk het denken is – ook als het denken over IK en MIJZELF gaat. Want zodra je de veranderlijkheid van het denken ziet, zou je zomaar de conclusie kunnen trekken dat wat nu gedacht wordt, niet waar kan zijn omdat er straks iets tegenovergestelds wordt gedacht. En die twijfel aan het waarheidsgehalte van wat je over jezelf denkt, zou zomaar kunnen leiden tot grote vrijheid en ontspanning ;-).

PS: er is over IK ook nog iets op een diepere laag te zien. Angela schreef daar onder andere dit blog over.

Photo by Afif Kusuma on Unsplash

Share This