Onze gesprekspartners komen soms met zulke mooie metaforen dat ik niet eens op zoek hoef naar inspiratie voor de stukjes die hier geschreven worden. Laatst vergeleek iemand het hebben van een levensverhaal (inclusief alle vermeende complicaties zoals trauma’s, overtuigingen, onvrijheden, gewoontes en karaktertrekken) met ‘een stoel teveel in de kamer’. Ik zag ‘m onmiddellijk staan in ons gezellige kantoor.

Het was een stoel die nergens toe diende. Waar je haast niet op kon zitten zonder pain in the ass. Die onwaarschijnlijk veel ruimte in beslag nam, maar niets bijdroeg aan de sfeer. Toch leek hij een vaste plek te hebben en niet weg te kunnen of mogen.

Ik filosofeerde er wat over en zag hoe in veel vormen van psychologie je levensverhaal, zo’n stoel in deze metafoor dus, als de oorzaak van je huidige gevoelens of probleem wordt gezien. En dus steeds maar weer wordt opgepakt en van alle kanten bekeken. Wellicht dat de psycholoog aan de onderkant, in de zitting, een slijtplek ontdekt of dat je zelf vermoedt dat met viltjes onder de poten de stoel beter zou worden. Het zou kunnen zijn dat je de opdracht krijgt om de stoel een plekje te geven waar ‘ie niet zo in de weg staat. Wellicht komt de suggestie om net zo lang naar de stoel te staren tot je een neutraal gevoel hebt bij elk onderdeeltje ervan en bij het ding als geheel. Of je probeert met allerlei lapmiddelen (van pillen tot rituelen) de stoel, waarvan eerst vastgesteld is dat ‘ie kapot is, weer te helen. En dan vooral alle delen en ook het hout en de boom waar ‘ie van gemaakt is!

Je kunt op deze manier erg lang in het misverstand leven dat jij de stoel bent in plaats van de ruimte waar de stoel zich in bevindt. Je kunt in het misverstand leven dat je de stoel ‘nu eenmaal hebt’ en er dus niet vanaf kan of mag. Alsof er geen kringloopwinkels of vuilnisbelten bestaan :-). Je kunt in het misverstand leven dat de stoel toch nog enig nut heeft (misschien laat je ‘m graag aan anderen zien?) en er zo ongemerkt erg aan gehecht zijn. Je kunt in het misverstand leven dat wat er zoal in het moment beleefd wordt kan worden opgehangen aan die stoel (alsof het een kapstok is 🙂 ) Je kunt in het misverstand geloven dat de stoel de ruimte die je in essentie bent beschadigd heeft. Alsof dat zou kunnen.

Op het moment dat herkend wordt dat de stoel in essentie niet bestaat buiten een gedachte in dit moment, zet je ‘m direct de deur uit. Of liever gezegd: verdwijnt ‘ie vanzelf uit de ruimte van je ware, ontspannen natuur.

Image by wollyvonwolleroy from Pixabay

Share This