Ik kreeg laatst een boek te leen. Het ging over het zesde zintuig. Intuïtie, zou ik het zelf liever noemen. Het is prachtig en altijd nuttig om te ontdekken dat we over veel meer ‘kennis’ (weten?) beschikken dan ons vaak eindeloos rondjes draaiende verstand kan bevatten. Dat we kunnen vertrouwen op de intelligentie van het leven zelf of anders gezegd: wijsheid.

Wij verwijzen daar ook graag naar en noemen het meestal je ware natuur, die zich helemaal vanzelf openbaart voorbij de aangeleerde gedachtepatronen van je verstand (je verzintuig, zoals ik dat wel eens voor de grap noem). Wij maken uitdrukkelijk geen opdracht van het vinden van die ware natuur, maar wijzen je erop dat je dat al bent. Altijd al was ook. Oneindige intelligentie die even, voor de duur van wat we jouw leven noemen, de vorm van een aardepakje heeft aangenomen. Je BENT van nature intuïtie, zou je kunnen zeggen.

In het boek dat ik las werd er gesproken over het Veld. En zo zou je Mind natuurlijk ook kunnen noemen. What’s in a name. Alleen werd er, in mijn ogen dan hè, een vreemde afslag genomen in het verhaal. Er werd de aanname gedaan dat jij allerlei dingen moest doen om toegang te krijgen tot dit veld en ook (en deze vond ik pijnlijk en verwarrend): dat je met gebruik van je zesde zintuig ‘dingen kon voorkomen’. Ongelukken en zo. Die kon je ‘voorvoelen’ en dan een andere afslag nemen. (Ik herkende hier al dat dit alleen zo zou kunnen zijn als je eerst aanneemt dat tijd bestaat, als je er vanuit gaat dat er een jij bestaat los van dat Veld, en je je zo al binnen de illusie van vorm hebt begeven, maar goed.)

De hoofdpersoon in het boek had de koelbloedige moord op zijn vriendin meegemaakt en hem werd doodleuk door een deskundige professor verteld dat ‘ie maar naar zijn nare voorgevoel had moeten luisteren, dan was er niets gebeurd. Oh. Okay. Alsof er nog niet genoeg verdriet en schuldgevoelens speelden, werd dit er achteraf even ingewreven. Au.

En toen volgde een (weer: in mijn ogen hè?) warrig verhaal over dat er ook dingen waren die je NIET kon voorkomen, omdat dit nu eenmaal het noodlot was. Okay. Er werd dus geschreven dat je voor een deel verantwoordelijk was voor wat je overkwam, maar dat het veld veel machtiger was dan jouw persoontje. Dus je moest erg je best doen om je zesde zintuig te volgen, maar het veld had toch het laatste woord. Poeh. Nou.

Ik dacht: vind daar maar eens de scheidslijn in. Vogel maar eens uit waar de grens ligt tussen, aan de ene kant, wat je had kunnen voorkomen en kunt controleren voor in ‘de toekomst’ en, aan de andere kant, wat ‘je lot’ is. Omdat het veld dat nu eenmaal zo had bekokstoofd, om onduidelijke redenen. Oh nee, het had wel een reden: je moest er van groeien of zo. Okay. Hier ben ik gestopt met lezen. Want verwarring scheppen en uitnodigen tot controle van (toekomstige!) gebeurtenissen zijn zeer onhandige bewegingen.

Wij houden het graag eenvoudig. Zoals Confucius al zei: het leven is heel simpel, maar de mens maakt het graag ingewikkeld. Of in de woorden van ‘onze eigen’ Sydney Banks: ‘When the answers are complicated, it’s the Intellect. When the answers are simple, it’s the Spirit’.

Leven is Eenheid. Scheidslijnen, welke dan ook, zijn de illusie. Jij hoeft daarom niet op zoek naar je intuïtie, het Veld, Mind of wat dan ook. Je BENT het al. Elke zoektocht is een omweg en leidt je naar hetzelfde beginpunt.

Klaar.

Image by Niek Verlaan from Pixabaydicka

Share This