“Jaaaa…” zegt de vader op een veelbetekenende toon, “deze heeft een eigen willetje hoor!” En hij wijst op zijn blonde dochtertje dat haar hoofd heen en weer schudt zodat haar staartjes vrolijk dansen. De vader schrijft zijn dochter een karaktereigenschap toe, zoals we dat zo vaak geneigd zijn te doen. Zij is zus, hij is zo. Wie meer van ons of over de 3 principes heeft gelezen en gehoord, weet inmiddels dat dit geen handige of zelfs maar logische categorisering is. Het vertroebelt de blik en verstevigt het denkkader waar we vervolgens niet meer omheen kunnen kijken.

En deze specifieke eigenschap, het eigen willetje dat de vader waarnam, is wel heel interessant om nader te bekijken. De vraag luidt namelijk: hébben we wel een eigen willetje?

‘De mens kan doen wat hij wil, maar hij kan niet willen wat hij wil’, stelde Arthur Schopenhauer. En achter deze uitspraak zat uiteraard een hele filosofie. Toen ik een tijdje geleden (weer eens) deze zin tegenkwam, zag ik ‘m heel helder voor me. Opnieuw en dieper werd het duidelijk waar al onze persoonlijk lijkende ideeën over wat we willen creëren, al onze planning, controle en sturing simpelweg opkomen. Zelfs het idee van een ‘ik’ die losstaat van de wereld waarin het dingen ‘neer gaat zetten’. Waar komt het vandaan? In welk deel van je hersenen wordt het bedacht en geloofd?

In ditzelfde kader stuurde een van onze trainees me afgelopen week toevalligerwijs een stukje tekst uit the Observer, waarin verteld werd over de Canadese hersenchirurg Wilder Penfield. Deze man voerde in de jaren ’60 talloze experimenten uit om het brein in kaart te brengen. En hoewel zijn onderzoek een grote vooruitgang vormde in de destijds nieuwe wetenschap van het functioneren van het brein, bleek hij niet in staat om een hersengebied te vinden dat verantwoordelijk was voor zelfbewustzijn en besluitvorming. Dit probleem heeft hij nooit kunnen oplossen. Zijn conclusie luidde dan ook dat zelfbewustzijn en het vermogen om te kiezen buiten het lichaam lag.

Buiten het brein, dus. Buiten het fysieke, zou ik willen zeggen.

Ondertussen zijn er al veel meer onderzoeken gedaan, waaruit blijkt dat onze hele menselijke ervaring een interpretatie via het brein is. Mijn vraag luidt dan ook: IS dat willetje dan wel van het blonde dochtertje, of van jou? Of zou het kunnen dat er gewoon een beweging is van opkomende gedachten, impulsen en besluiten?

Sydney Banks, de man die de 3 principes heeft geformuleerd zei in één van zijn lezingen: ‘Yes, you have free will. But you’d better drop it.”

Voor mij ziet het eruit, dat je op het niveau van de menselijke ervaring een vrije wil hebt. Of eigenlijk: lijkt te hebben. Zoals je ook een lichaam hebt. Of eigenlijk: lijkt te hebben. En zoals je op dat niveau ook afgescheiden bent van je medemens. Of eigenlijk: afgescheiden lijkt te zijn. Maar als je verder of dieper kijkt, net hoe je ’t wilt noemen, ontdek je misschien dat dat allemaal onderdeel is van dezelfde illusie: de wereld van de vorm. Daaruit volgt dat wat op het niveau van de menselijke ervaring zo waar en echt lijkt te zijn, op het andere niveau (onze ware natuur) geen stand houdt.

En het wordt heel ingewikkeld en verwarrend als we die twee ‘niveaus’ door elkaar halen.

Ik constateer dat er willen is, maar niet van mij. Dat er keuzes worden gemaakt, maar niet door mij. En neem dit vooral niet aan als een goed idee, maar kijk zelf. Als je wil!

Image by Rudy and Peter Skitterians from Pixabay

Share This