‘Als niet komt tot iet, kent iet zich zelve niet’ is een oud gezegde dat ik me laatst zomaar herinnerde. De oorspronkelijke betekenis van dit gezegde heb ik even opgezocht en die luidde: ‘als iemand van geringe afkomst vrij snel, niet altijd door eigen verdienste, vooruit komt in de wereld, wordt hij dikwijls verwaand’.

Oh, okay. Wat een berg concepten. Iemand. Geringe afkomst. Vrij snel. Eigen verdienste. Vooruit komen. De wereld. Verwaand zijn. Waar hebben we het dan over? Maar goed.

Het gezegde verscheen in mijn bewustzijn toen ik luisterde naar een lief medemens. Als metafoor. Ik dacht: als het Niets verschijnt als Iets, vergeet het Iets onmiddellijk dat het Niets is. Waarbij het Niets de Universele Mind is, oftewel je ware natuur. En Iets staat voor elke ‘manifestatie’ of ‘ervaring’. Alles binnen tijd, ruimte en materie.

En dat is de start van alles. Van schijnbaar gedoe. Alleen ‘maar’ vanwege het feit dat Iets vergeet dat het Niets is. Het (her)kent zichZelf niet als zodanig.

Angst of stress of somberheid bijvoorbeeld . Dat lijkt Iets, en het herkent zichzelf niet als Niets.

Materie. Dat verschijnt absoluut als Iets, en wordt niet herkend als Niets (behalve door kwantumnatuurkundigen 🙂 ).

Taal. Woorden. Niets komt tot eindeloos veel woorden. Die woorden lijken Iets, lijken ook Iets te betekenen, ze voelen wáár en worden vaak niet doorgeprikt als zijnde Niets.

Lichamelijke processen en sensaties. Nog Iets wat uit het Niets verschijnt en niet begrepen wordt als in essentie Niets.

Dromen, ook al zoIets wat uit het Niets gebeurt. Grappig genoeg wordt van dit Iets wél vaak gezien dat het in wezen Niets is, zodra we wakker worden. Tenzij er uit het Niets een ‘droomdeskundig’ Iets is ontstaan wat zichzelf niet kent als Niets 🙂 .

Een hele wereld verschijnt uit het Niets. Die wereld is dus in wezen Niets. Jij bent in essentie Niets. En daar bedoel ik niet mee dat je een persoon bent die niets is of waarvan ik vind dat het niets is (dat vrezen we allemaal en het klinkt ook denigrerend) maar het wijst erop dat de persoon in de kern Niets is. Dat jij de persoon (Iets) bent, is ‘maar’ een (vaak verkrampt of opgeblazen) idee. Ook Iets wat uit het Niets verschijnt en vergeet dat het Niets is omdat het zo’n vast Iets lijkt.

Ik denk wel eens: omdat we de hele dag over Iets praten en aan Iets denken in plaats van te praten over Niets (is gelijk klaar) en aan Niets denken.

Je ware natuur, dat wat je zoekt en maar niet (her)kent als jeZelf is Niets. En als Niets komt tot Iets, kent Iets zichzelve niet. Wat een machtig, magisch spel (en ‘magisch is een kwalificatie die ook Iets is, wat uit het Niets is gekomen).

Afbeelding van Gerd Altmann via Pixabay

Share This