Hij woont ‘s zomers in Nederland en brengt de winters door in Portugal. In beide landen neemt hij met een auto deel aan het verkeer en daar zag hij iets opmerkelijks: als er in Portugal iemand héél dicht achter hem reed, reageerde hij in de trant van ‘Ach, die Portugezen…ze zijn zó aardig en relaxed. Behalve in het verkeer. Dan gedragen ze zich ineens als opgewonden standjes. Nou ja, dat mag best.’ Gebeurde hetzelfde in zijn woonplaats, dan kwamen er heel andere gedachten op. Die luidden ongeveer zo:’Dat gejakker van die Amsterdammers ook altijd! Dat gehaast in Nederland ook! Doe eens rustig aan, man.’

Exact dezelfde gebeurtenissen leveren een totaal andere ervaring op, alleen doordat er iets anders bij gedacht wordt. En in beide gevallen worden die gedachten geloofd en als ‘waar’ gevoeld en gezien. In Portugal is er dan een soort vertedering, in Amsterdam dus ergernis.

Wetend dat de gedachten die in je opkomen volstrekt willekeurig zijn, zou het net zo goed andersom kunnen zijn geweest. Zouden de Portugezen als wegmaniakken kunnen worden gezien en de Amsterdammers als lieverds die zich even in hun haast verliezen. Dat realiseerde hij zich en die mogelijkheid heeft iedereen: doorzien dat de random gedachten die voortdurend in ons opkomen bepalen hoe wij alle (!) situaties ervaren. Maar dat het niet de waarheid is.

Share This