Als ik in Engeland ben zit ik ’s ochtends vaak met mijn laptop in de koffieshop. Te schrijven, maar vooral te luisteren naar de conversaties om me heen. Heel inspirerend. Zoals vorige week.

‘It looks to me like….’ zegt de man in de Costa Coffee tegen zijn gesprekspartner en wat volgt is een ellenlange uiteenzetting hoe de situatie er voor hem uitziet. Wat de oorzaken zijn en de gevolgen. Wat er volgens hem moet gebeuren en waarom. Hoe erg het allemaal is, ook. En complex. Er is geen speld tussen te krijgen. Als de vrouw tegenover hem eindelijk iets terug kan zeggen, begint ze te vertellen wat er volgens haar moet gebeuren. Ze geeft goedbedoelde adviezen die hij maar mondjesmaat accepteert (Yes, but…) Het is een vrij stroeve conversatie, al wordt er over en weer begripvol geknikt.

Wat hier gemist wordt ligt open en bloot besloten in de openingszin ‘It looks to me like….’. De man zou zich kunnen realiseren dat hoe hij de situatie ziet uitsluitend een projectie is van zijn gedachten in dat moment. Niet de waarheid. Daarmee zou er een wereld van mogelijkheden openbaren. Want er is altijd een nieuwe, frisse gedachte beschikbaar waarmee zijn hele realiteit er anders uit komt te zien. Wat er dan volgt achter ‘it looks to me like…’ zal een heel ander verhaal zijn.

Dit is de reden dat het geen enkel nut heeft om elkaars projecties te bekijken en advies te geven om die te veranderen. Wat nuttig is, is elkaar wijzen op het feit dat wat je ziet een projectie is. Dan ontstaat er ruimte. Stilte wellicht zelfs, met daarin besloten de potentie tot een alles veranderende nieuwe gedachte.

 

 

Share This